Resistentiemanagement rupsen
Lepidotera: de volwassen vlinder of motje veroorzaakt geen schade aan de plant alleen de rups, de larve, kan heel veel schade veroorzaken. De vrouwtjes van motten en vlinders leggen hun eitjes op plantdelen. Afhankelijk van de soort leggen vrouwtjes 500 tot wel 3.000 eitjes tijdens hun leven. Zodra de larven uit het ei komen beginnen ze direct met voeden. De meeste producten werken alleen in het rupsstadium. Met name de poppen zijn moeilijker te bestrijden.
De rups is het larvale stadium van de vlinder of mot en deze veroorzaakt schade aan het blad, stengel of bloemblaadjes. Het eet complete gaten of veroorzaakt venstervraat en vervuilt tevens de plant met z’n uitwerpselen. Monitoring van vlinders of motjes kan nuttig zijn om de eerste inzet van een gewasbeschermingsmiddel goed te plannen. Zoveel te jonger de rups is zoveel te gevoeliger deze ook is voor gewasbeschermingsmiddelen. Een goede spuittechniek is tevens van belang omdat vele rupssoorten moeilijk te raken zijn met een bespuiting.
Hieronder ziet u de levenscyclus van rupsen.
Schema resistentiemanagement rupsen
Hieronder treft u een overzicht aan waarin de verschillende producten vermeld worden die u zou kunnen inzetten. De Syngenta producten staan met merknaam genoemd de andere met actieve stof naam. Om resistentie ontwikkeling te voorkomen is het belangrijk dat u op de juiste manier afwisselt tussen de producten. Belangrijk hierbij is te letten welk werkingsmechanisme het middel heeft.
Dit schema toont het product en welke IRAC code dit product heeft. Het is belangrijk om niet af te wisselen tussen producten met dezelfde code omdat dit verdere resistentie ontwikkeling in de hand kan werken. Zorg er dus voor dat u een schema opstelt dat dit voorkomt. Dit betekent niet dat u een product met hetzelfde werkingsmechanisme niet 2 keer achter elkaar mag inzetten als blokbespuiting. Als u daarna maar afwisselt met een ander product uit een andere IRAC groep.