Graanhaantje

Kenmerken

Het volwassen insect is een kever van 4 tot 5 mm groot. Deze is fel gekleurd met Een blauwe kop, metaalblauwe dekschilden en een rood halsschild.De eitjes zijn cilindrisch gevormde (1 mm x 0,5 mm) bleekgele eitjes, glanzend na de afleg. De eitjes verbruinen naarmate ze verder ontwikkelen. De larve is 5 tot 6 mm groot. Aan de buikzijde is de larve afgeplat met opgeblazen lichaam aan de bovenkant. Ze zijn vuilgeel en bedekt met een visceuze substantie vermengd met zwarte uitwerpselen.

Levenscyclus

De volwassen insecten overwinteren in diverse schuilplaatsen (graanstoppels, boomschors, ...) en komen begin mei te voorschijn. Ze koloniseren graangewassen en worden actief wanneer de temperatuur 20°C bereikt. Elk wijfje kan tot 150 eitjes afleggen op de bovenzijde van de bladeren die later als voedsel zullen dienen voor de larven. De verpopping gebeurt ondiep in de grond. Rond midden juli verplaatsen de volwassenen zich naar wilde grassoorten of naar maïs waar ze zich voeden voordat ze naar hun winterschuilplaatsen migreren. Er komt één generatie per jaar voor.

Schade

Venstervraat door de volwassenen. De larven vreten het parenchym weg tussen de nerven, maar laten de onderzijde van het blad onaangetast. Deze insecten leiden slechts zelden tot zeer grote schade.