Colletotrichum spp.

Colletotrichum-bladvlekkenziekte

Waardplanten
Vele waardplanten, in de sierteelt o.a.: anemoon (Anemone spp.), azalea (Azalea indica), cyclamen (Cyclamen persicum giganteum), kardinaalsmuts (Euonymus spp.), klimop (Hedera helix), kornoelje (Cornus spp.), lavatera (Lavatera spp.), lupine (Lupinus spp.), ranonkel (Ranunculus spp.), rhododendron (Rhododendron spp.), tulp (Tulipa spp.), vingerplant (Fatsia spp.), in fruit o.a. in aardbei (Fragaria x ananassa), blauwe bes (Vaccinium angustifolium), bosbes (Vaccinium myrtilles), zwarte bes (Ribes nigrum), in groente o.a. in cayennepeper (Capsicum frutescens), droge boon (Phaseolus vulgaris), paprika (Capsicum annuum), snijboon (Phaseolus vulgaris spp. nanus), Spaanse peper (Capsicum annuum), sperzieboon (Phaseolus vulgaris spp. vulgaris), spinazie (Spinacia oleracea), tauge (Phaseolus aureus), tomaat (Lycopersicon esculentum), tuinboon/veldboon (Vicia faba), ui (Allium cepa) en in aardappel (Solanum tuberosum).


Symptomen
Colletotrichum bladvlekkenziekte is een van de meest voorkomende schimmelziekten, zowel in de tropen als in gematigde klimaatzones. De verschijnselen aan het blad verschillen per waardplant. Bij een aantal waardplanten worden de symptomen op het blad eerst zichtbaar als kleine waterige puntjes. Bij andere waardplanten verschijnen uitdijende necrotische of chlorotische vlekken die rond of onregelmatig van vorm zijn. Ook de vorm van de vlek is waardplant afhankelijk. Op sommige waardplanten zijn de vlekken “kikvorsoog”-achtig van vorm. De hoekige vorm wordt veroorzaakt door de opsluiting tussen de bladnerven. De vlekken zijn geel, geelbruin, bruin of zwart van kleur. Vaak zijn de vlekken door een helder gele krans omgeven. Deze vlekken worden snel groter en voelen dan papierachtig aan. De schimmel vormt in dit stadium de zogenaamde acervuli. Hierin vormt de schimmel haar sporen. Soms vallen geïnfecteerde bladeren af. Ook de bloemen kunnen geïnfecteerd zijn.
 
Optimale omstandigheden
Een hoge relatieve luchtvochtigheid en vrij water bevorderen de ontwikkeling van de ziekte. Daarom kan in gebieden waar regelmatig overvloedig neerslag valt of wanneer zeer frequent kunstmatig wordt beregend de ziekte toeslaan. Zeker als het gewas tussentijds niet kan opdrogen. Bij sommige plantensoorten kan papiervlekkenziekte ook optreden na een hittegolf. Wanneer de luchtvochtigheid laag is en de bovengrondse gewasdelen regelmatig kunnen drogen heeft de ziekte weinig kans.
 
Verspreiding/overleving
Alle soorten van de Colletotrichum schimmel produceren een enorme hoeveelheid staafvormige sporen (conidiën). De sporen worden gevormd in de acervuli, de grote papierachtige necrotische vlekken op het blad. De sporen in de acervuli op de afgevallen bladeren overleven minder gunstige omstandigheden en barsten op een gegeven moment, bij gunstige omstandigheden (vocht) open en verspreiden dan zeer veel sporen. De sporen worden door waterdruppels (regen en/of beregening) verspreid.

Spinazie

Colletotrichum dematium

Uitbraken van anthracnose richten incidenteel schade aan in gewassen in alle productiegebieden.

chevron_left
chevron_right