Roest

Puccinia allii

Schimmels

Roest (Puccinia spp.) komt veel voor in pot- en perk-planten zoals zoals anthurium, cordyline (Ti-Plant), cyclaam, dracaena, ficus, geranium, gele daglelie (Hemerocallis), hosta, hydrangea, kornoelje (Cornus spp.), kardinaalsmuts (Euonymus), peperomia, pittosporum, potchrysant, potroos, primula, stokroos, salvia, stalkaars, succulenten, viooltje, yucca en zinnia.

Kenmerken

Puccinia spp. veroorzaakt gele of kale vlekken op bladeren, bladstelen en stengels. Binnen of direct beneden de vlek worden helder gekleurde sporen (oranje, roestbruin, rood, bruin of geel) geproduceerd in wratten die uit de opperhuid tevoorschijn komen. De bladeren worden uiteindelijk bruin en verdrogen, waardoor de plant onverkoopbaar wordt.

Levenscyclus 

Roest treedt op wanneer de bladeren nat worden als gevolg van regen, dauw of kunstmatige beregening, met name ’s nachts wanneer het gewas slechts langzaam opdroogt. Veel roesten worden bevorderd door een afwisseling van warme en koele omstandigheden.

De sporen worden meegenomen naar gezonde bladeren door de wind of door opspattend water. Wanneer de bladeren nat worden, kiemen de sporen en begint het mycelium te groeien dat dan het blad binnendringt en aantast. Binnen 7 à 10 dagen ontstaan er nieuwe roestplekken, waarmee de levenscyclus rond is. In sommige gevallen overleven de roestschimmels de winter op afgevallen blad.