Rode guichelheil
Anagallis arvensis
Rode guichelheil
| Latijnse naam | Anagallis arvensis L. |
| Familie | Primulaceae |
| Omschrijving zaailing | Elliptische tot eironde zaadlobben, met een puntige top, zittend. Enkelvoudige bladeren, elliptisch tot eirond, met gave rand, onderaan met zwarte stippels. |
| Omschrijving volwassen plant | Hoogte: 10 tot 30 cm. Vierkantige stengel, gespreid, zwak opstijgend bij de bloei, talrijke okselscheuten en kruipende uitlopers voor de bloei. Bladeren: tegenoverstaande bladeren, zittend, eirond aan de top onopvallend puntig, onderkant van de bladschijf zwart gestippeld (behalve bij kieming in de herfst). Bloeiwijze: rood-paarse bloemen (zelden wit), met grote kroonbladen waardoor de kelk niet zichtbaar is, alleenstaand op draadvormige bloemstelen en eerst tegenoverstaand rechtop en soepel, en daarna gebogen en stijf tijdens de vruchtvorming. Vruchten: doosvruchten openen zich in de helft (pyxide) bevestigd op een draadvormige teruggeslagen bloemstengel. |
| Synoniemen | |
| Bijzonderheden | |
| Schadelijkheid | +++ |